dinsdag 28 april 2009

VS: katholiek weekblad jezuïeten pleit voor gehuwde priesters

Hilversum (Van onze redactie) 28 april 2009 - De hoofdredactie van het gerenommeerde Amerikaanse katholieke weekblad America pleit deze week voor het openstellen voor gehuwde mannen van het priesterambt in de Rooms-Katholieke Kerk. Het opinieblad van de Amerikaanse jezuïeten stelt voor om permanent diakens met een priesterroeping tot priester te wijden.

Luisteren
Om het priestertekort het hoofd te bieden zou de Kerk verder moeten luisteren naar de ‘verlangens en opvattingen’ van eerder uit de geestelijke stand verwijderde priesters, vindt America. Een deel van deze mannen zou als gehuwde opnieuw tot het priesterambt willen worden toegelaten. De Kerk zou zich voor die wens moeten openstellen, zo suggereert het weekblad.

Gesprek zonder taboe
De hoofdredactie noemt haar pleidooi ‘bescheiden’. “De bisschoppen van de Verenigde Staten zouden groter leiderschap moeten nemen in het openlijk bediscussiëren van het priestertekort en mogelijke oplossingen ervoor.” Op die mogelijke oplossingen moet in die gesprekken geen taboe rusten, vindt America. “Het zouden juist uitwisselingen moeten die volledig openstaan voor de door de Geest geboden mogelijkheden.”

Permanent diakens
De auteurs verwijzen in hun commentaar onder andere naar de bestaande mogelijkheid om priester te worden gewijd voor gehuwde voorgangers uit andere kerken die zich tot het katholicisme hebben bekeerd. Waarom zou die praxis niet ook voor permanent diakens met een priesterroeping kunnen gelden, vragen ze zich af.

Celibaat geen dogma
Het commentaar haalt het conciliedecreet aan over het leven en het ambt van de priesters. Daarin schreven de concilievaders dat het celibaat niet van nature door het priesterschap vereist is. Dat blijkt volgens hen uit de praktijk van de jonge Kerk en uit de traditie van de oosterse kerken die ook gehuwde priesters kennen. De kerkvergadering spoorde dan ook al “diegenen die als getrouwden het priesterschap hebben ontvangen met alle liefde aan om, volhardend in hun heilige roeping, hun leven volledig en edelmoedig in dienst te blijven stellen van de hun toevertrouwde kudde”.

Viri probati
Het Tweede Vaticaans Concilie achtte het priestercelibaat overigens dermate waardevol dat ze het verplichtend karakter ervan bevestigde. Ook paus Benedictus XVI houdt daaraan vast. Net als zijn voorgangers wijst hij tevens de mogelijkheid af van de door veel bisschoppen bepleite wijding van de zogenoemde viri probati. Dat zijn oudere, gehuwde mannen met een goede geloofskennis en een bewezen ‘christelijke levenswandel’.

Hoofdredacteur weg onder druk
De vorige hoofdredacteur van America, Thomas J. Reese, stapte in 2005 op na grote pressie vanuit de Vaticaanse Congregatie voor de Geloofsleer. Het dicasterie onder leiding van kardinaal Joseph Ratzinger zou de orde der jezuïeten onder druk hebben gezet om Reese te vervangen. Die zou in hoofdredactionele commentaren onwelgevallige posities hebben ingenomen. De kwestie zou aangezwengeld zijn door de Amerikaanse bisschoppen die ongerust waren over enkele kritische commentaren van Reese.

Huidige hoofdredacteur
Reese werd opgevolgd door de huidige hoofdredacteur, Drew Christiansen. Die was eerder werkzaam voor de Amerikaanse bisschoppenconferentie. In opdracht van de Heilige Stoel was Christiansen verantwoordelijk voor de samenstelling van een coalitie van bisschoppenconferenties die samenwerken voor de Kerk in het Heilig Land.

Vierde gelofte
America is een opinieweekblad van de Amerikaanse jezuïeten. Jezuïeten zijn lid van de Sociëteit van Jezus, een religieuze orde gesticht door Sint Ignatius van Loyola (1491-1556). Naast de gelofte van gehoorzaamheid, armoede en celibaat leggen de jezuïeten uiteindelijk ook de zogenoemde 'vierde gelofte' af. Dat is een gelofte van bijzondere beschikbaarheid voor een opdracht die de paus aan de orde kan geven. Ignatius wilde met deze speciale gelofte duidelijk maken, dat jezuïeten beschikbaar willen zijn voor het welzijn van de wereldkerk.


Bron: www.katholieknederland.nl

maandag 27 april 2009

’Eén van de meest schaarse producten in onze samenleving is stilte’

Mgr. Frans Wiertz:

"Eén van de meest schaarse producten in onze samenleving is stilte. Het is heel moeilijk om in ons land plekken te vinden waar het écht helemaal stil is. Waar je ook komt, er is altijd wel geluid. In winkelcentra klinkt muziek, thuis staan radio en tv voortdurend aan, zelfs in het bos horen we het verkeer van de snelweg op de achtergrond razen. En dan heb ik het nog niet eens over de mobieltjes, die aan de lopende band ringtones produceren". Dat schrijft mgr. Wiertz, bisschop van Roermond, in zijn brief naar aanleiding van Roepingenzondag die op 2/3 mei in de Limburgse parichies wordt voorgelezen.

"Echte stilte is zeldzaam geworden. Ook in de kerk. U moet maar eens opletten: ook in de eucharistieviering zijn er maar weinig momenten waarop het écht volledig stil is. Er moet altijd wel iemand kuchen, er valt iets van een bank of er knettert een brommer voorbij. En we hebben de liturgie ook zo georganiseerd dat er weinig ruimte is voor stilte. Of beter gezegd: we vullen de ruimte die er is meteen op met nieuw geluid: gebeden, liederen, lezingen, het volgt elkaar in snel tempo op. Het lijkt wel alsof we collectief hebben afgesproken dat er geen stiltes mogen vallen".

"Stilte wordt door veel mensen als beklemmend ervaren, als onheimelijk. Hoe komt dat? Zijn we zo gewend dat er áltijd geluid is, dat we het als onwezenlijk ervaren als er een moment van stilte valt? Of zijn we soms bang voor de stilte? Bang dat er dan iets met ons gebeurt dat we niet kennen of geen plek kunnen geven?"

"In de Bijbel speelt stilte een belangrijke rol. Het zijn meestal de momenten waarop mensen goed nadenken over hun leven – zoals Jezus wanneer Hij zich 40 dagen in stilte terugtrekt in de woestijn. Of het zijn de momenten waarop God zich aan mensen openbaart – zoals bij de profeet Elia op de berg Horeb. Dat was niet alleen destijds het geval, dat werkt nog zo. Als God ons iets duidelijk wil maken, dan belt hij niet op, dan stuurt hij geen sms.-je, maar dan doet Hij dat in de stilte van ons hart".

"De Deense filosoof Kierkegaard heeft ooit gezegd: “Ik ontdekte dat ik minder en minder te zeggen had, tot ik uiteindelijk stil werd en begon te luisteren. En in de stilte hoorde ik de stem van God.” Maar als wij voortdurend geluid blijven produceren, als wij niet de rust nemen om naar de stilte te luisteren, dan horen we ook niet wat daar gezegd wordt".

"Vandaag vieren we Roepingenzondag. De dag waarop we speciaal bidden om roepingen tot het priesterschap, het diaconaat of het religieuze leven. Dat is nodig, want we hebben goede herders nodig, die hun kudde kennen en die hart hebben voor de schapen, zoals we in het evangelie van vandaag hebben gehoord".

"We weten allemaal dat het aantal priesters de afgelopen jaren is afgenomen. U heeft de gevolgen daarvan de ongetwijfeld gemerkt. Priesters worden op meer plekken ingezet en steeds meer parochies werken intensief samen".

Halvering

"Toen ik 17 jaar geleden uw bisschop mocht worden, waren er in Limburg 408 priesters met een officiële benoeming actief. Op dit moment zijn dat er 225. Dat betekent een halvering. Er waren destijds in ons bisdom meer dan 250 kloosters. Dat zijn er nu 119. En de gemiddelde leeftijd van de religieuzen ligt boven de 80".

"Roept God niet meer? Is Hij vergeten om ons herders te sturen? Of maken wij zoveel rumoer in onze samenleving dat zelfs de mensen die naar Gods roepstem zouden willen luisteren, hem eenvoudigweg niet meer kunnen horen?"

"Dat God niet zwijgt, maar nog wel degelijk mensen roept, blijkt uit het feit dat elk jaar opnieuw een aantal jongemannen ervoor kiest om aan de opleiding tot priester te beginnen. De twee seminaries in ons bisdom hebben op dit moment samen zo’n 25 (??) studenten. Ook worden er enkele tientallen mensen opgeleid tot diaken, pastoraal werker of catechist. En sommige kloosters mogen van tijd tot tijd een nieuwe novice verwelkomen. In vergelijking tot sommige andere bisdommen is dat heel respectabel. Maar als wij willen voorkomen dat onze parochies in de toekomst geleid worden door priesters, die noodgedwongen als managers moeten optreden in plaats van als herders die hun schapen kennen, dan is er meer hulp nodig".

Buitenlandse congregaties

"De afgelopen jaren hebben we al diverse buitenlandse priestercongregaties uitgenodigd om zich in Limburg te vestigen. Dat is een goede zaak en we zijn zeer dankbaar voor hun inzet".

"De gezamenlijke Nederlandse bisdommen en religieuze instituten voeren dit weekeinde campagne onder het motto “Ik antwoord op wat u in mijn hart hebt gelegd”. Geen hippe reclameslogan. Maar wel een eerlijke oproep aan mensen, die in de stilte van hun hart een stem denken te horen, om zich te melden. God roept nog steeds, maar Hij wil ook gehoord worden en antwoord krijgen".

"Alle overige parochianen roep ik van harte op om ons met uw gebed te steunen. Geen enkel gebed is zinloos of voor niets, ook al lijkt het niet direct effect te hebben. We hebben in de lezing van vandaag gehoord dat de steen die door de bouwlieden was afgekeurd, toch tot hoeksteen is geworden. Ieder gebed is waardevol en een steun in de rug".

"Aan wie op een andere manier een steentje bij wil dragen, wil ik graag de jaarlijkse collecte voor de priester- en diakenopleiding in Rolduc van harte aanbevelen. Ook uw financiële ondersteuning helpt ons de komende jaren nieuwe herders voor hun taak toe te rusten. De Paredisstichting, die de gelden voor de opleiding verzamelt en beheert, rekent op uw grootmoedige bijdrage. Misschien ziet u zelfs mogelijkheden om een vaste weldoener van deze stichting te worden. Ik dank u bij voorbaat hartelijk voor uw gaven. Tot slot wens ik u toe dat u van tijd tot tijd de stilte vindt, die ieder van ons nodig heeft om God te ontmoeten en te horen welke boodschap Hij in ons hart neerlegt", aldus bisschop Frans Wiertz.

Bron: RKnieuws.net

zaterdag 25 april 2009

DI TRES DJADUMINGU DI PASKU DI RESUREKSHON

Promé Lektura : Echonan 3, 13-15. 17-19
Salmo : Salmo 4, 1. 3. 6. 8.
Di dos Lektura : 1Huan 2, 1-5a
Evangelio : Lukas 24, 35-48


Tin persona ku ta opiná ku bida di kada ser humano ta skirbí. Nan ta bisa ku destino di kada ken ya ta predeterminá. Nos komo katóliko no ta kere den tal afirmashon. Nos no ta kere den destino. Bida di kada ser humano ta basá riba e amor i libertat personal ku ta hasi nos realmente doño di nos eksistensia. E Evangelio di awe ta bisa nos ku "asina tabata skirbí..." pero no referiendo na kumplimentu siegu di un supuesto destino. Hesus a entregá su bida liber i konsientemente pa salbashon di tur hende. Akseptá Señor ta pidi di nos e entrega aki liber i konsiente na boluntat di Dios.
Hopi bia nos por pensa ku kristianismo ta un religion kompliká kaminda filosofia a bira teologia i visevèrsa. Pa algun filosofia ta sufisiente pa yena nan bida. Ya den hopi siudat ta eksistí e "konsehero filosófiko" ademas di konseheronan spiritual i sikológiko... Pero ta kiko nos mester realmente pa topa ku Señor den nos bida?
Resurekshon di Señor ta algu rasonabelmente inkreibel. Solamente for di fe nos por penetrá den su profundidat i su amplitut. Semper nos lo keda kòrtiku na ora di transmití trasendensia di tal suseso ku a kambia kara di Humanidat. Nos mester di un aprobashon pa deskubrí trasendensia di resurekshon.
Pa hopi hende, inkluso pa algun ku ta bisa ku nan ta kristian, resurekshon ta un tema inkómodo. Ta difísil pa splika i muchu mas kompliká pa sinti e eksperensia aki paden di nos. Pero nos tur ta yamá, kombidá, pa eksperensiá e resurekshon aki.
Nos fe ta basá riba resurekshon. Nos no ta rekordá ni biba pa Hesus pasobra El a hasi milager ni pa su parabelnan, ni sikiera pa su aktitut di rebeldia... di tur e situashonnan aki nos tin masha hopi ehèmpel den istoria. Nos ta rekordá Hesus pasobra Ela duna su bida librando nos debilidat spiritual i pasobra Ela resusitá pa nos, tur sobrá kos mester bira rondó di e gran suseso aki. Den e parti pastoral hustamente nos ta hasi lo kontrario. Nos ta presentá tur eksigensia di fe, nos ta doktriná mas ku nos ta evangelisá, nos ta pone norma mas ku nos ta liberá i nos ta laga asuntu di realidat di resurekshon kasi skondí. Yen di miedu nos ta disfrasá e bida outéntiko (Hesus resusitá) komo un personahe kolmá di istoria i di teologia na lugá di vitalidat ku ta yuda e ser humano haña e sentido trasendente di su bida.
Mester tene kuidou pa nos tarea pastoral no kombertí den un tenementu kontentu personal. Kuantu bia personanan alehá ta bisa ku nan ta bin nos reunionnan si no papia ku nan di "religion..." Na otro okashon kristiannan di bon boluntat ta doktriná bou di un kapa diki di "spiritualidat ". Nos ta kere ku ningun di e dos posturanan ta ofresé e profundidat di resurekshon di Hesus. Pa prediká tokante resurekshon mester ta riba kaminda di resurekshon. Nos tin ku bai konstantemente di morto pa bida i di bida na Bida. Nos mensahe semper lo mester tin e referentenan aki.
Realidat di resurekshon no ta sufisiente pa sigui Señor. E amigunan di Hesus a konfundi’é ora nan a eksperensi’é resusitá. Maria Magdalena a konfundi’é ku e "hardinero". E disipelnan di Emaus ku un biahero. Algun di su disipelnan ku "un fantasma". Den nos tempu tambe nos lo por konfundí Hesus ku tantu i tantu kos: "un revolushonario", "un hende severo pero hustu", "un hende ku a bin pa hasi kuenta , un ser iluminá".
E úniko manera pa no konfundí Hesus ku un hende ku e no ta, ta presisamente pa nos sambuyá pa resto di nos bida den e misterio di su resurekshon. Meditá, resa i biba resurekshon ta e mihó predikashon ku nos por hasi di dje.
E apòstelnan ta tolondrá di a konosé a Hesus resusitá. Kristu ta habri komprendementu di e disipelnan pa nan komprondé Skrituranan". Ta Dios so por habri nos mente i kurason pa akseptá grandesa di e mensahe aki.
Nos ta biba den un sosiedat ku a kustumbrá di biba sin grandesa di palabra grandi i ta preferá realidatnan mínimo, intrasendensia riba trasendensia. Esaki ta e impuesto ku nos tin ku paga pa nos debilidat humano. Resurekshon ta liberashon di nos humanidat débil.
Ora lusnan paga i soño kaba, e fantasmanan ta keda bai bin den bida i ta bolbe trese soledat pa nos. Ora portanan ta sera i lágrima brota i e insertidumbre di sa kiko lo pasa, e ora ei ta ora ku no ta sobra nada. Resusitá ta sende lus, spièrta di soño, kita e fantasmanan pa nos rekuperá di soledat. Resusitá ta habri porta i seka lágrima i tin seguridat di loke lo pasa. E ora ei ta momentu ku nos lo tin tur kos.
Bida di kada kristian ta di bai di krus pa resurekshon i riba e kaminda nos lo topa ku ousilio di e Palabra, di Iglesia, i mas kos. Nos mester kana e trayekto aki sin miedu. Hesus ta bai dilanti habriendo e kaminda pa nos.
E Evangelio di awe ta finalisá rekordando nos ku nos ta testigu di esaki...

donderdag 23 april 2009

Derde encycliek paus op 29 juni

Hilversum (ANP/EFE) 23 april 2009 - De derde encycliek van paus Benedictus XVI verschijnt op 29 juni. Zij zal gaan over sociale kwesties, zo heeft kardinaal Renato Raffaele Martino, president van de Pauselijke Raad voor Gerechtigheid en Vrede, vandaag gezegd tijdens een congres over de globalisering in Rome.

Petrus en Paulus
Op 29 juni viert de RK-Kerk het feest van de heiligen Petrus en Paulus. De encycliek, die de titel Caritas in veritate (Naastenliefde in Waarheid) heeft, telt vier hoofdstukken en zal volgens Vaticaanse bronnen gedeeltelijk de sociale encyclieken van Paulus VI (Populorum Progressio, 1967) en Johannes Paulus II (Sollicitudo rei socialis, 1988) in herinnering brengen.

Respect
Benedictus zou in zijn nieuwe schrijven onder meer ingaan op de effecten van de globalisering en pleiten voor een humanisme, dat de sociale en economische ontwikkeling verbindt met respect voor het wezen van de mens. Benedictus, die in april 2005 tot paus werd gekozen, publiceerde zijn eerste encycliek, Deus caritas est (God is liefde), in 2006. Een jaar later volgde Spe salvi (Gered door de hoop).

Bron: www.katholieknederland.nl

‘Verschrikkelijke breuk’ in Kerk door eredoctoraat Obama

Hilversum (Van onze redactie) 23 april 2009 - Bisschop John D’Arcy van het bisdom Fort Fort Wayne-South Bend in de Amerikaanse staat Indiana is boos op de katholieke Notre Dame-universiteit in zijn diocees, zo meldt Catholic News Service. De toekenning van een eredoctoraat aan president Barack Obama heeft volgens hem een “verschrikkelijke breuk tussen de Notre Dame en de Kerk” veroorzaakt.

Geschokt en woedend
Het is de bedoeling dat Obama het eredoctoraat in de rechten op zondag 17 mei in ontvangst neemt. Hij houdt dan een rede op de jaarlijkse afstudeerdag. Maar als het aan de plaatselijke bisschop ligt wordt de rede afgelast. D’Arcy zegt zijn kantoor al “meer dan 3.300 reacties van geschoktheid, verbijstering en woede” heeft ontvangen van gelovigen die hopen dat de president alsnog geen eredoctor wordt. Nog steeds stromen de reacties binnen, zegt de bisschop

Document
Bisschoppen en gelovigen zijn erover verbijsterd dat Obama als politiek voorstander van legale abortus gehuldigd wordt aan een katholieke instelling. Volgens D’Arcy is dat in strijd met een document van de Amerikaanse bisschoppenconferentie uit 2004. Daarin staat: "De katholieke gemeenschap en katholieke instellingen moeten geen hulde brengen aan hen die onze fundamentele morele principes tarten. Hun mogen geen prijzen, eerbetuigingen of platforms worden geboden die zouden suggereren dat daarmee hun daden worden gesteund.”

Rector magnificus
De rector magnificus van de Notre Dame, pater John Jenkins, is van mening dat de bepaling uit 2004 in deze kwestie niet van toepassing is. De uitnodiging aan Obama moet volgens hem niet worden beschouwd als ‘verschoning of bekrachtiging van zijn standpunten met betrekking tot de bescherming van het leven, zoals abortus en onderzoek op stamcellen van embryo’s’.

Gepasseerd
Bisschop D’Arcy heeft zich aan pater Jenkins geërgerd over het feit dat hij wel met andere universiteitsrectors en andere bisschoppen over de interpretatie van het document uit 2004 heeft overlegd, maar niet met ‘zijn eigen bisschop, die (…) de leraar en de wetgever in zijn eigen bisdom is”.

Bron: www.katholieknederland.nl

'Voorgangers Woord- en communieviering moeten eerst naar de Mis'

Hilversum (Van onze redactie) 22 april 2009 - Voorgangers in Woord- en communievieringen moeten eerst deelnemen aan de zondagse eucharistieviering, om daarna de communie over te brengen naar de gemeenschap waarin zij voorgaan. Dat adviseert de scheidende priesterraad van het bisdom Haarlem-Amsterdam in een brief aan bisschop Jos Punt.

Geloofwaardigheid
De priesterraad spreekt van een ‘eucharistisch getuigenis’. “Wij vinden dat we dit eucharistisch getuigenis van diakens en pastoraal werkers mogen vragen omwille van de geloofwaardigheid van Woordvieringen met uitreiking van de H. Communie. De band met de zondagse eucharistieviering is dan levend en reëel, de voorgangers zelf zijn gezonden na zelf deelgenomen te hebben aan het geloofsgeheim en gelovigen die zij voorgaan worden meebetrokken met het eerder opgedragen offer”, schrijft de priesterraad in een brief aan de bisschop.

Gezamenlijke eucharistie op hoogtijdagen
De leden van de priesterraad pleiten er verder voor op hoogtijdagen de gelovigen in de 34 regio’s van het bisdom gezamenlijk de eucharistie te vieren. “Als gemeenschap van gemeenschappen kan de regio zo gevoeld worden als een versterking van de kerkelijke presentie.” Een regio omvat 4 tot 6 parochies en telt ongeveer 15.000 katholieken.

Kerstmis en Pasen
Als hoogtijdagen waarop in de regio’s gezamenlijk de eucharistie ‘kan en zou moeten’ worden gevierd, noemt de priesterraad Kerstmis, de Goede Week, Pasen, Hemelvaart, Pinksteren, Allerheiligen, de eerste zondagen van de Advent en de Veertigdagentijd.

Zondagse eucharistie is de norm
De leden van de Haarlemse priesterraad vinden dat de eucharistie op zondag de norm is. Wel kijken ze naar eigen zeggen enigszins verschillend aan naar de praktijk van zondagsvieringen die geen eucharistieviering zijn. “Sommigen van ons zien dit als een gegeven dat past bij onze recente geschiedenis en benadrukken de kwaliteit van de diakens en pastoraal werkers die in de meeste van deze vieringen voorgaan (…). Anderen leggen meer nadruk op de missionaire betekenis die het vieren van de eucharistie op zondag heeft en onderstrepen de overtuiging en praktijk van de universele Kerk dat waar mogelijk plaatselijke gemeenschappen aansluiten bij de eucharistie elders”, schrijven ze.

Woordviering bij huwelijk en uitvaart
De priesterraad stelt verder voor om ‘nadrukkelijker dan meestal gedaan wordt’ de Woordviering voor te stellen als geëigende liturgische vorm bij huwelijksvieringen en vooral uitvaarten. Ze overweegt daarbij dat priesters niet overvraagd mogen worden en dat recht moet worden gedaan aan de eigen verantwoordelijkheid en zending van diakens en pastoraal werkers. Ook schrijven zij dat bij uitvaarten en huwelijken, de deelnemers aan de viering vaak niet meer bekend zijn met de eucharistie. Dan verdient een Woordviering zonder uitreiking van de communie de voorkeur.

Landelijk beleid
Het bisdom Haarlem-Amsterdam probeert in lijn met landelijk beleid het aantal Woord- en communievieringen terug te dringen ten gunste van de zondagse eucharistieviering. De bisschoppen van Nederland hebben in 1999 toegestaan dat “bij afwezigheid van een priester – als in eenzelfde kerk noch op zondag, noch op zaterdagavond Eucharistie gevierd kan worden – éénmaal in datzelfde weekend een Woord- en communieviering mag worden gehouden.”

Nieuwe priesterraad
De brief is een laatste advies van de huidige priesterraad. Binnenkort treedt een nieuwgekozen priesterraad aan. De samenstelling daarvan is overigens grotendeels identiek: acht van de elf leden van de vorige priesterraad maken ook deel uit van de nieuwe, onder wie hulpbisschop Jan van Burgsteden.

Taak priesterraad
De diocesane priesterraad heeft als taak de bisschop in het bestuur van zijn bisdom volgens de regels van het kerkelijk recht te helpen om zo het pastoraal welzijn van de gelovigen zo goed mogelijk te bevorderen, aldus canon 495 van het kerkelijk wetboek. Het is een groep priesters die als het ware de senaat is van de bisschop.

Bron: www.katholieknederland.nl

zaterdag 18 april 2009

DI DOS DJADUMINGU DI PASKU DI RESUREKSHON FIESTA DI DIOS MIZERIKÒRDIA

Promé Lektura : Echonan 4, 32-35
Salmo : Salmo 118: 2-4, 16a-18, 22-24
Di dos Lektura : 1 Huan 5, 1-6
Evangelio : Huan 20, 19-31



Nos tin mas ku sufisiente motibu pa felisitá nos mes: ...Hesus, E mes ku a muri riba krus a resusitá. Hopi ta e situashonnan ku ta demostrá nos esaki i ta shen i shen mion di persona, kende a lo largu di siglonan a garantisá nos esaki ku un bida plenamente konsagrá na djE.
Den istoria di religionnan tin fundadónan na kende ta atribuí milager, kuramentu maravioso, kombershonnan profundo di bida. En kambio, na ningun di nan ta atribuí resurekshon.
Kiko ta den realidat loke nos komo kristian ta kere ora nos ta papia di resurekshon? Kiko ta loke nos ta kere ora nos afirmá resurekshon di Hesus?
Resurekshon no ta reanimashon di un restu, no ta laga e kurason ku a para bolbe kuminsá bati; no ta duna buèlta na e bida di debilidat i morto pa alarga esaki ku algun aña mas. Nò !!!. Resusitá no ta esaki pa nos komo kristian. Resurekshon ta transformashon total di e persona kompletu , su realisashon pleno, su entrada den Bida, den Bida di Dios. Bisa ku Hesus a resusitá ke men ku El a triunfá, ku ela ser konstituí pa Dios den Señor, den Hende Nobo. I asina pues, afirmá ku e Reino ku E tabata prediká ta realmente posibel. O sea: Tin speransa pa esnan pober, esnan marginá, esnan krusifiká di tera tal manera E a anunsiá na nan!
Banda di e afirmashon aki di resurekshon di Hesus evangelio ta konfundí nos. Na lugá di sinti alegria di goso e apòstelnan tabata abatí, bruá. Loke tabata mantené nan uní tabata miedu i no e alegria di resurekshon. No ta nada straño ku e promé saludo di Hesus pa nan ta esun di "Pas sea ku boso". Hesus no ta reklamá nan kobardia i nan falta di konfiansa den djE. E enkuentro ku esun resusitá tabata pa e promé kreyentenan un eksperensia ku a reanimá nan fe i nan bida.
Por ta ku hopi kristian di awendia ta siguidónan ku konvikshon di Señor: nan ta kumpli ku norma ku efisiensia, nan ta resaltá den aktonan litúrgiko... tur esaki ta maravioso semper i kuando e ta kontribuí na krea testigunan outéntiko di e resurekshon.
Tomas tambe tabata apòstel, ela hasi e mesun proseso ku e otronan, pero e no tabata huntu ora Señor a bishita nan pa promé biaha. El a bai den komunidat di disipelnan na kua Esun resusitá ta aparesé p'asina nan por hasi un profundo eksperensia di fe. Tomas den su mes tabata karga duda i temor. Mesun kos ta pasa ku kristiannan ku ta alérgiko na bida di komunidat. No ta nifiká ku nos tin ku pèrdè nos identidat individual i laga pa e biba den komunidat. Dios ta yama nos kada un, individualmente, pero ta yama nos pa hasi e eksperensia di fe den e komunidat di Iglesia. Komunidat di Iglesia tin e privilegio pa komuniká e mensahe di pordon di Dios pa humanidat i kontinuá ku trabou di Señor. Pa biba i eksperimentá esun resusitá e promé eksperensia el a duna den fraternidat.
Ku aparishonnan di esun resusitá nos fe ta haña kuminsamentu. Nos ta kere pasobra Señor a resusitá. Pa bida por aparesé mester pone morto un banda. No tin prueba mas grandi ku di superá e bashí di morto, di einan ku algu asina grandioso ta difísil pa kapta i pa akseptá sin fe.
Ora nos ta duda di fe ta pasobra nos no a pasa den e eksperensia di e resurekshon. Nos ta pidi pa "mira" pa por kere
ora loke nos mester ta eksperimentá pa mira. POR mira esun resusitá ta un don di Dios, ku E ta konsedé na esun ku ke.
E konfeshon de fe di Tomas ta konfeshon outéntiko di fe di e kreyente. Nos no a mira i nos ta kere, ta p'esei Hesus ta yama nos bienaventurá.
E bienaventuransa di nos ku no a mira ta basá riba konfiansa den e Palabra promé ku den prueba. No ta mira e Palabra i en kambio e tin poder pa transformá nos pa eksperimentá kombershon i resurekshon. TA kristian ta akseptá e Palabra ku pleno konfiansa.
E aparishonnan no tabata suphetivo, ni imaginativo, sino real. No ta un kreashon di fantasia humano, sino kurpa real di Señor.
Ora ku hende alehá ta puntra unda Dios ta, masha bon nos por bisa ku e ta laga mira su mes den tur parti di bida. Pa mir’E mester di wowo di fe i konfiansa den amor.