donderdag 10 april 2008

Braziliaanse bisschoppen erkennen (schuld tegenover) indianenbevolking

BRASILIA - De Braziliaanse bisschoppen erkenden tijdens hun 46ste algemene vergadering hun historische schuld aan de indiaanse bevolking. ‘Er is al een lange weg afgelegd voor de erkenning van de indianenrechten, maar opnieuw moeten wij vaststellen dat de rechten van de indianen in Raposa do Sol (in de staat Roraima) geschonden worden’, aldus de bisschoppen.
Vorige week probeerde de Braziliaanse overheid tevergeefs rijstbouwers, die de indianengronden illegaal cultiveren, te verdrijven. Betrokken boeren pleegden ook meerdere bomaanslagen, onder meer tegen het dorpshoofd van Barro. De Braziliaanse bisschoppen laten er geen twijfel over bestaan dat hun steun uitgaat naar de Amazone-indianen en het optreden tegen de illegale bezetters van indianengronden. Zij menen ook dat het eindelijk tijd is voor een volwaardige erkenning van de rechten van Amazone-indianen.
Tijdens deze bijeenkomst was er ook een staande ovatie voor de Oostenrijks-Braziliaanse bisschop Krautler, die de voorbije maanden meermaals met de dood werd bedreigd. In deze nieuwsrubriek is aan zijn optreden uitvoerige aandacht besteed.

woensdag 9 april 2008

Kardinaal Lopez Trujillo in ziekenhuis opgenomen

ROME - De 72-jarige Colombiaanse kardinaal Alfonso Lopez Trujillo blijkt eerder deze maand in het ziekenhuis te zijn opgenomen, nadat hij kort daarvoor het bewustzijn had verloren. De kardinaal is sinds 1990 voorzitter van de Pauselijke raad voor het Gezin. Daarvoor was hij aartsbisschop van Medellin en voorzitter van de Celam, de Raad van Latijns-Amerikaanse bisschoppenconferenties. Van hem werd onlangs nog bericht dat hij een lans heeft gebroken voor het erkennen van de belangrijke rol welke de grootouders heden ten dage spelen bij de opvoeding en geestelijke vorming van hun kleinkinderen.

Mexicaanse zit in zijn maag met drugsgeld

MEXICO-STAD - Bisschoppelijke verontwaardiging is er na berichten in de Mexicaanse media over de lof van bisschoppen over de sociale inzet van drugshandelaars en drugsbarons, in het bijzonder bij de aanleg van straten en de bouw van huizen en kerken. Mexicaanse media hadden hun nieuws, zij het met enige vertraging, ontleend aan de vastenbrief van bisschop mgr.Carlos Aguiar Fretes, die voorzitter is van de Mexicaanse bisschoppen. Die had in zijn brief inderdaad ook gemeld over een paar sociale activiteiten van de drugshandel. Maar zijn vastenbrief was vooral één lange oproep aan de drugshandelaren om zich te bezinnen op hun leven oftewel een oproep tot inkeer. ‘Met die ommekeer bewijst U uzelf en de samenleving een dienst’, had mgr. Retes geschreven. Volgens Radio Vaticaan kende de oproep overigens ook daadwerkelijk enig succes. De voorbije weken meldden zich verscheidene drugshandelaars bij priesters en bisschoppen en vroegen hen om geestelijke bijstand. Dat de strijd tegen de drugsmaffia daarmee gewonnen is, mag betwijfeld worden.
De voorbije maanden verschenen meerdere alarmerende berichten over de versterking van de greep van de drugsmaffia in de staten aan de Mexicaanse oostkust. De Mexicaanse bisschoppen onderstreepten op 5 april nogmaals dat het voor geestelijken en religieuzen volstrekt onaanvaardbaar is om drugsgeld te aanvaarden. Kardinaal Norberto Rivera Carrera, de aartsbisschop van Mexico-stad, veroordeelt de drugshandel als een sociale kwaal, waarvan de negatieve gevolgen niet kunnen worden goedgemaakt door het stellen van daden van naastenliefde.

dinsdag 8 april 2008

Paus veroordeelt drugs- en wapenhandel in Cariben

ROME - Paus Benedictus XVI heeft maandag de drugs- en wapenhandel maar ook de vermaaksindustrie en het uitbuitingstoerisme in de toeristische gebieden in het Caribisch gebied veroordeeld. Die bedreigen niet alleen de oorspronkelijke culturele waarden van het gebied en het gezinsleven, maar stellen ook politici bloot aan de verleidingen van corruptie. De paus zei dit in een toespraak tot de bisschoppen van de Antillen tijdens hun vijfjaarlijkse Ad limina-bezoek. Onder hen is ook de bisschop van Willemstad en Oranjestad mgr Luis Secco.
‘In deze alarmerende situatie dient u pal te staan als herauten van de hoop. Wees moedige getuigen van het licht van Christus (...)’,aldus Benedictus. Het levende getuigenis van Gods ‘ja’ aan de mensheid zal de volkeren van de Antilliaanse kerkprovincie volgens de paus aanmoedigen om sociaaldestructieve leefwijzen af te wijzen

maandag 7 april 2008

Paus: plegers abortus en echtbreuk met barmhartigheid bijstaan

ROME - De katholieke kerk moet wie abortus of echtscheiding pleegt op de eerste plaats met moederlijke zorg, liefde en fijngevoeligheid bijstaan. Op die manier maakt de kerk hen de barmhartige nabijheid van God in Jezus Christus bekend. Zo hield paus Benedictus XVI de deelnemers voor van een congres dat zich met deze onderwerpen bezig hield en dat in het Vaticaan werd gehouden..

Benedictus wees erop dat abortus en echtscheiding in de ogen van de kerk ernstige zonden zijn. Maar wie die heeft begaan moet worden omringd door de liefde van Christus. ‘Hij is immers zoals de kerkvaders ons leren, de echte Goede Samaritaan, die onze naaste is geworden. Die olie en wijn op onze wonden giet en die ons leidt naar de herberg, de kerk, waar Hij ons laat verzorgen. Hij vertrouwt ons daarbij toe aan zijn vertegenwoordigers en betaalt persoonlijk vooruit voor onze genezing.’

Belediging van God
Het ethische oordeel van de kerk over echtscheiding en zwangerschapsafbreking is duidelijk en algemeen bekend, zegt de paus. ‘Het zijn ernstige daden die in verschillende mate, en rekening houdend met de subjectieve verantwoordelijkheid, de waardigheid van de menselijke persoon schenden’. Echtscheiding en abortus zijn volgens de paus een daad van onrechtvaardigheid in de menselijke en sociale contacten. Ook zijn die daden een belediging van God zelf, die de garant is van de huwelijkseed en de Heer van het leven.

Innerlijke wonden
‘En toch heeft de kerk, naar het voorbeeld van de Goddelijke meester, altijd de concrete personen voor ogen, vooral de meest zwakken en onschuldigen, die slachtoffer zijn van onrechtvaardigheden en zonden’, zei de paus. ‘En ook die andere mannen en vrouwen die door dergelijke daden te begaan, zich bevlekt hebben met schuld, er de innerlijke wonden van dragen en zoeken naar de vrede en de mogelijkheid een nieuw begin te maken.’

Ontembaar vertrouwen
De kerk heeft vanuit haar geloof in de Goddelijke barmhartigheid een ‘ontembaar vertrouwen’ in de mens en in zijn vermogen om opnieuw te beginnen, zei Benedictus. ‘De Kerk weet dat de menselijke vrijheid met behulp van de genade in staat is tot de totale en trouwe zelfgave die het mogelijk maakt dat het huwelijk tussen man en vrouw een onverbreekbaar verbond wordt.’ De paus toonde zich verder overtuigd dat ‘de menselijke vrijheid, ook in de moeilijkste omstandigheden, in staat is tot buitengewone tekens van opoffering en solidariteit om het leven van een nieuw menselijk wezen te verwelkomen’.

zondag 6 april 2008

DI TRES DJADUMINGU DI PASKU DI RESUREKSHON

Promé Lektura : Echonan 2, 14. 22-28
Salmo : Salmo 16, 1-2, 5. 7-11
Di dos Lektura : 1Pedro 1, 17-21
Evangelio : Lukas 24, 13-35



Dos disipel di Hesus ta kana riba kaminda. E biaha aki e kanamentu no ta kondusí na sanashon òf na enkuentro ku Hesus. Ta un kanamentu desorientá. Nan tabata sa ku nan tabata bai na su lugá di orígen pero ya sin speransa. E persona den kua tantu nan a kere a muri. Nan a mira kon a dera su kurpa; nan a biba e desánimo di nan kompañeronan; nan a sinti e sla di frakaso dilanti di opshon tumá un dia. No tabata straño ku nan tabata diskutiendo na kaminda.
E dos disipelnan ei ta representá hopi mion di persona ku tabatin kontakto ku Hesus, pero no ku Esun Resusitá, sino ku e Kristu di milagernan, e Kristu lider, esun di e entusiasmo di Djadumingu di Rama. Pero e amigunan aki no ta yega na komprondé ku e Hesus di e krus, esun ku ta risibí preguntanan desafiante durante e sufrimentu " No t’Abo ta Dios? Awèl baha for di e krus..." ; esun ku ta sangra i sufri, sea e Dios ei ku nan ta imaginá nan mes.. Na tal momentu den bista di mundu Hesus ta bira su pió tresedó di notisia.
Doló i sufrimentu ta haf kaminda ku ningun hende no ke yega n’e. Nos komo kristian no ta masokista ku ta disfrutá dilanti nos doló. Doló ta malu, pero e por ta motibu di salbashon. E amigunan di nos tabata riba kaminda yen di doló sin resurekshon.
E Palabra ta bisa ku nan tabata tristu. Hesus a bai kana huntu ku nan pero nan no a rekonosé. Doló pa motibu di frakaso no a tapa únikamente nan wowo sino tambe nan kurason. Nan tabata siegu di nan mes ya ku nan no tabata sa kon apsorbá frakaso di nan maestro.Nan tabata sinti nan mes kibrá paden pasobra tur kos a keda na palabra.
Nan ta konta Hesus e vershon di loke a sosodé, pero nan ta hasié sin speransa. Nan tabata warda pero nan espera tabata inútil. Awor nan ta bolbe mas desilushoná ku nunka. Palabranan di Hesus tabata animá nan pero su morto, silensio di palabra di e maestro a laga nan bashí.
Hesus ta kuminsá splika nan di nobo tur loke nan a bisa di djE den Skrituranan. Nan ta skucha pero ya sin konvikshon. Nan ta sigui riba kaminda.
Nan ta yega na e pueblo i Hesus ta hasi komosifuera e ta sigui su kaminda, pero nan ta kombid’é pa e keda. Nan ta sinta na mesa i Hesus ta bolbe tuma e pan i gradisiendo Dios, ta kibra e pan i duna nan. Skritura ta bisa ku na e momentu ei nan wowo a habri i nan a rekonosé Hesus, pero El a disparsé.
E delaster gesto ku Hesus tabatin ku su Apòstelnan tabata na e sena. Awor, despues di su resurekshon e ta bolbe hasi e gesto di kibramentu di pan, ku ta alimentá, ku ta salba, ku ta habri wowo di esun ku ta siegu.
Eukaristia ta e lugá di enkuentro ku Hesus. E ta laga nan mir’é entregando su mes di nobo, e biaha aki sin derame di sanger. El a parti pa ... i ku nan e pan i ta bindishoná Dios. I nan ta deskubrié...
Bida kristian lo ta semper mará entre Eukaristia, Krus i Resurekshon. Kada bia den bida di e siguidó di Kristu e tres momentunan aki lo ta presente.
Tin un pregunta ku nos amigunan no kreyente òf no masha kreyente tin kustumber di hasi na nos: Si Hesus a resusitá, unda E ta aworakí?
Hesus no ta den graf. E graf a keda bashí. Tampoko resurekshon ta nifiká bai bèk den pasado. E berdadero enkuentro ku Kristu awe ta den e Palabra, den Eukaristia i den e profeshon di fe.
Señor ta den e bida nobo ku a yega den transformashon di sufrimentu di e mundu aki. Topa kuné ta nifiká haña e kaminda di salbashon.
Hesus resusitá ta den Eukaristia. Eukaristia ta e lugá prinsipal di presensia di Kristu. Partisipá den Eukaristia ta nifiká tin un enkuentro personal ku Kristu resusitá.
Tambe esun resusitá ta presente kaminda hende ta sinti nan mes komo ruman di otro, kaminda kurason ta bati ku mesun ritmo Esun resusitá ta entre esnan mas débil i pober di sosiedat, esnan ku semper ta pèrdè. Hesus ku superashon di morto ta yuda nan rekuperá forsa pa e kaminda di bida, ilushon i alegria pa nan kurason, i mira ...... riba tur kos mira ku E ta semper huntu ku nan, na tur momentu riba kaminda di nan eksistensha.

Pauselijke raad voor het gezin: Groeiende rol grootouders mag niet onderschat

ROME - Grootouders spelen in de moderne tijd een steeds grotere rol wat betreft de samenhang van families. Maar hun rol wordt ook steeds belangrijker in de samenleving in het algemeen. In het bijzonder is dit het geval ook bij de opvoeding en geloofsoverdracht aan kleinkinderen.

Deze wijze woorden en opmerkingen komen uit de mond van kardinaal Alfonso Lopez Trujillo. Hij kan niet verdacht worden van nieuwlichterij omdat hij bekend staat als orthodox in zijn opvattingen. De Latijns-Amerikaanse kardinaal staat namelijk aan het hoofd van de Pauselijke raad voor het Gezin. Hij liet zijn licht schijnen over de rol van de grootouders die niet onderschat mag worden op het jaarlijkse vierdaagse beraad van deze pauselijke raad. Onderwerp van gesprek is de rol van de grootouders in het gezin, de kerk en de samenleving.
Ander kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders die aan het woord kwamen zijn kardinaal Norberto Rivera Carrera van Mexico-Stad over het Zesde Wereldgezinscongres in 2009 in Mexico en kardinaal Carlo Caffarra van Bologna over het belang van de encycliek ‘Humanae Vitae’ (1968) van paus Paulus VI. Van deze encycliek is indertijd alleen blijven hangen dat paus Paulus VI tegen de opvatting van een groot deel van het wereldepiscopaat in onverminderd vasthield aan het strikte verbod van het gebruik van voorbehoedmiddelen.